Verbinding via ethernet in lokaal netwerk maken

Toegangsadressen van het product.
Om met een internetbrowser een verbinding met het product op te bouwen, moet het serienummer van het product beschikbaar zijn. Het serienummer is onderdeel van het toegangsadres van het product.
- Toegangsadres voor Apple- en Linux-systemen: https://SMA[serienummer].local (bijv. https://SMA0123456789.local)
- Toegangsadres voor Windows- en Android-systemen: https://SMA[serienummer] (bijv. https://SMA0123456789)

Poorten voor datacommunicatie
In kleine lokale netwerken is het gebruik van bepaalde poorten onbeperkt mogelijk. In industriële netwerken moet het gebruik van deze poorten mogelijkerwijs door de systeembeheerder worden geautoriseerd. Voor een optimaal bedrijf moet de uitgaande internetverbinding van het product het gebruik van de volgende poorten en URL's toestaan:
- FTP-Push: poort 21 (FTP)
- Updates: poort 443 (https://TLS) / update.sunnyportal.de
- Tijdsynchronisatie met de Sunny Portal (indien niet door internet-router beschikbaar gesteld): poort 123 (NTP) / ntp.sunny-portal.com
- Datatransmissie: poort 443 (https/TLS) / ldm-devapi.sunnyportal.com
- Gebruikersinterface: poort 443 (https/TLS) / ennexos.sunnyportal.com
- SMA Webconnect 1.5 en SMA SPOT: poort 9524 (TCP) / wco.sunnyportal.com
Voorwaarden:
-
Het product moet via een netwerkkabel met het lokale netwerk zijn verbonden (bijv. via een router).
Het IPv4-protocol moet worden gebruikt.
Er moet een slim eindapparaat (bijv. laptop of tablet-pc) aanwezig zijn.
Het smart eindapparaat moet zich in hetzelfde lokale netwerk bevinden als het product.
Een van de volgende internetbrowsers moet in de meest actuele versie op het smart eindapparaat zijn geïnstalleerd: Chrome, Edge, Firefox of Safari.
JavaScript moet ingeschakeld zijn in de internetbrowser van het smart eindapparaat.
Werkwijze:
- Eerst een directe verbinding via ethernet maken Directe verbinding via ethernet maken.
- Netwerkconfiguratie veranderen kiezen. Let er daarbij op dat de handmatige netwerkconfiguratie in de fabriek is ingesteld.
- De netwerkinterface LAN1 of LAN2 instellen en [Ja] kiezen.
- Daarmee worden de netwerkinstellingen automatisch via DHCP-server geconfigureerd.
- De internetbrowser van uw eindapparaat sluiten, opnieuw openen en het toegangsadres van het product invoeren in de adresregel van de internetbrowser en vervolgens de enter-toets indrukken.
- Laden van de gebruikersinterface voortzetten.

De internetbrowser toont een waarschuwing
Nadat het toegangsadres van het product is ingevoerd, kan er een aanwijzing worden weergegeven, die erop wijst dat de verbinding met de gebruikersinterface niet veilig is.
- De aanmeldpagina van de gebruikersinterface wordt na enkele seconden geopend.