Gebeurtenismeldingen

Led-indicatie knippert snel (groen, geel en blauw).

Oorzaak

Autorisatie werd geweigerd.

Fout in het laadsysteem.

Backend niet beschikbaar.

Oplossing:

• RFID-kaart controleren en indien nodig opnieuw inlezen.

• Laadsysteem op fouten onderzoeken.

• Verbinding met het backend-systeem tot stand brengen.

Led-indicatie is uit.

Oorzaak

Geen voedingsspanning.

Hoofdzekering uit/defect.

Besturingszekering uit.

ChargeController defect.

Oplossing:

• Voedingsspanning aan de ingangsklem controleren. Hoofdzekering controleren. Besturingszekering inschakelen. ChargeController controleren.

Aardlekbeveiliging wordt geactiveerd.

Oorzaak

Fout in de nageschakelde verbruiker of in de toevoerleiding.

Oplossing:

• Verbruikers controleren.

• Aardlekbeveiligingen weer inschakelen. Er daarbij voor zorgen dat de aardlekbeveiliging eerst helemaal omlaag wordt geduwd. Vervolgens omhoog.

• Procedure bij de inbedrijfstelling in acht nemen.

Laadbussen hebben geen stroom.

Oorzaak

Externe en/of interne leidingbeveiligingsschakelaar en/of aardlekbeveiliging zijn niet ingeschakeld.

Laadstation niet ingeschakeld.

Oplossing:

• Externe en/of interne leidingbeveiligingsschakelaar en/of aardlekbeveiliging inschakelen.

Laadstation laadt niet met volledig vermogen.

Oorzaak

Laadstation laadt niet met volledig vermogen bij hoge bedrijfstemperaturen

Als de bedrijfstemperatuur van 60°C wordt overschreden, regelt het laadstation op het desbetreffende laadpunt het vermogen op max. 11kW.

Als de bedrijfstemperatuur van 70°C wordt overschreden, wordt de laadprocedure gepauzeerd tot de temperatuur daalt tot 65°C.

Oplossing:

• Wachten tot de bedrijfstemperatuur daalt.

Laadstekker blijft vergrendeld.

Oorzaak

Vergrendeling defect.

Oplossing:

• Handmatige bediening aan de laadbus met een steeksleutel (SW4) of aan de rode vlag (zie grafiek).

• Besturingszekering uitschakelen. Vergrendeling wordt geopend.

RFID-identificatie werkt niet.

Oorzaak

RFID-kaart is onbekend, heeft het verkeerde gegevensformaat of is niet ingelezen.

Aansluitkabel van de kaartlezer is losgeraakt.

Voedingseenheid voor de RFID-kaartlezer is defect.

Laadstation is offline. Geen verbinding met het backend-systeem.

Oplossing:

• Afzonderlijk inlezen van de kaart met pc en LAN-interface mogelijk ( > RFID beheer).

• Controleer of de RFID-kaartlezer op de voedingseenheid is aangesloten.

• Verbinding met het backend-systeem tot stand brengen.

Elektrisch voertuig vraagt ventilator aan.

Oorzaak

Laadinfrastructuur ondersteunt deze aanvraag niet.

Oplossing:

• Laden niet mogelijk.

Geen LAN-toegang.

Oorzaak

Netwerkaansluiting defect.

Oplossing:

• Statusindicatie controleren, netwerkkabel controleren, overdrachtstekker (RJ-45) controleren.

LAN/ethernet-toegang niet mogelijk.

Oorzaak

Geen LAN/ethernet-toegang.

Oplossing:

• ( > Verbinding via USB in lokaal netwerk tot stand brengen).

Energiemeterwaarden worden niet juist weergegeven.

Oorzaak

Energiemeter defect.

Modbus-verbinding onjuist.

Oplossing:

• Bedrading controleren.

Vocht in het product.

Oorzaak

Er heeft zich condensaat gevormd.

Beluchting en ontluchting werkt niet.

Oplossing:

• Buitenproportioneel sterke zoninstraling vermijden (door de geïntegreerde temperatuurbewaking in de laadcontroller wordt het vermogen indien nodig gereduceerd, om oververhitting te voorkomen).

Behuizing is beschadigd.

Oorzaak

Transportschade.

Oplossing:

• Onmiddellijk na vaststelling bij het transportbedrijf een klacht indienen.