Warmtepomp via compatibele draadloze contactdoos en afzonderlijk relais schakelen


  1. Draadloze contactdoos in de installatie opnemen en toevoegen Draadloze contactdoos toevoegen).

  2. Warmtepomp op de draadloze contactdoos aansluiten en basisverbruikerseigenschappen vastleggen , onder meer bijvoorbeeld de correcte vermogensopname, de minimumlooptijd en dat de warmtepomp alleen mag worden geschakeld Aansluiting via compatibele draadloze contactdoos en afzonderlijk relais).

  3. Tijdvensters configureren Tijdvenster instellen of wijzigen).

    Zie hiervoor ook: