Batterijbeheer

A

-

De hybride-omvormer gebruikt de batterij in dit bereik voor de optimalisering van het eigen verbruik. Wanneer meer energie nodig is dan door het PV-paneel kan worden geleverd, wordt de batterij ontladen.

B

Batterij > Gebruiksbereik > Minimale breedte van het noodstroombereik (BatUsDm.BckDmMin)

De waarde geeft aan, welk procentueel aandeel van de lading van de batterij voor het noodstroombedrijf bewaard moet worden. Deze lading van de batterij kan in parallel netwerkbedrijf niet worden gebruikt, ook wanneer het noodstroombedrijf is uitgeschakeld.

C

Apparaat > Eigenverbruik > Onderste ontladingsgrens (BatChaSttMin)

In dit bereik wordt de batterij ook in noodstroombedrijf niet meer ontladen.

D

Batterij > Gebruiksbereiken > Minimale breedte van het diepontladingsbeveiligingsbereik (BatUsDm.DschProDmMin)

De waarde geeft aan, welk procentueel aandeel van de Real SoC als diepontladingsbeveiliging moet worden gereserveerd. Deze waarde komt overeen met een User SoC van 0%. Wanneer de laadtoestand als 0% (User SOC) wordt weergegeven, is de batterij in werkelijkheid (Real SOC) nog net zoveel procent geladen, als deze waarde aangeeft.