Eisen aan de AC-kabel
Geleidingstype: koperdraad
De leidingen moeten massief of soepel zijn. Bij gebruik van soepele leidingen (fijnlitze) kunnen adereindhulzen worden gebruikt.
Buitendiameter: 14 mm tot 25 mm
Leidingdoorsnede aardleiding: 6 mm² tot 16 mm² (de minimale leidingdoorsnede van 6 mm² is alleen toegestaan indien een bijkomende aarding wordt aangesloten. Als geen bijkomende aarding wordt aangesloten, bedraagt de minimale leidingdoorsnede 10 mm²).
Leidingdoorsnede fasedraad en nulleider: 6 mm² tot 16 mm²
Striplengte: 18 mm tot 20 mm
Ontmantellengte: 120 mm tot 150 mm
De kabel en de leidingdoorsneden moeten altijd binnen de lokale, nationale voorschriften en het door de fabrikant (SMA Solar Technology AG) voorgeschreven bereik liggen. Als de door de fabrikant (SMA Solar Technology AG) vereiste leidingdoorsnede groter is dan de norm, moet het bereik van de fabrikant worden aangehouden. Grootheden die invloed hebben op de kabelafmetingen zijn o.a. de nominale AC-stroom, het soort kabel, de installatiewijze, de mate van opeenhoping, de omgevingstemperatuur en de beoogde maximale kabelverliezen (zie voor het berekenen van de kabelverliezen de configuratiesoftware "Sunny Design" vanaf softwareversie 2.0 op www.SMA-solar.com).