AC-kabels aansluiten
Vakman
Voorwaarden:
Een passende middenspanningstransformator moet aanwezig zijn. Bij SHP 100-21 is in functie van de ter plaatse geldende normen en aansluitvoorwaarden een middenspanningstransformator niet verplicht.
Aanvullend vereist materiaal (niet bij de leveringsomvang inbegrepen):
Beschermvet (alleen bij aders van aluminium)
Werkwijze:
- Zorg ervoor dat de AC-leidingbeveiligingsschakelaar uitgeschakeld en tegen herinschakelen beveiligd is.
- De kabel indien nodig inkorten.
- Strip de kabels.
- Strip de aders elk 30 mm.
- Aanwezige kabelresten uit het product verwijderen.
- Bij leidingen van aluminium: eventueel de aanwezige oxidatielaag verwijderen en beschermvet op de leidingen aanbrengen.
- Sluit PE, L1, L2 en L3 volgens de aanduiding aan op de aansluitklemmen. Steek hiervoor iedere leiding tot aan de aanslag in de bijbehorende aansluitklem en draai de schroef van de aansluitklem vast (SW 8, koppel bij leidingdoorsnede 50 mm² tot 95 mm²: 20 Nm, koppel bij leidingdoorsnede 120 mm² tot 150 mm²: 30 Nm).
- Zorg dat de aansluitklemmen met de juiste leidingen zijn bezet.
- Controleer of alle leidingen goed vastzitten.
- Draai de wartelmoer van de kabelschroefverbinding vast aan.
Zie hiervoor ook: