Eisen aan de aardleiding
Ter beveiliging tegen aanrakingsstroom bij defect van de aardleiding op de aansluiting van de DC-kabel is de extra aarding van de batterijmodules vereist.
De meegeleverde aardleidingen voor de aansluitingen tussen de batterijmodules moeten worden gebruikt.
Als de lengte van de meegeleverde aardleidingen niet voldoende is, moeten langere aardleidingen met een diameter van 6 mm² en met de meegeleverde kabelschoenen worden gebruikt.
Voor de aansluiting van de extra aarding via een extern aardingspunt moet een ringkabelschoen worden gebruikt.